Waterputten

Water is in dit warm land onontbeerlijk. Leidingwater is er niet en de rivier is ver. Bovendien is die door krokodillen gevaarlijk. Te vaak al vielen slachtoffers. Om vooral de kleine weeskinderen de tocht naar de rivier te besparen werden aanvankelijk bovengronds twee waterreservoirs geplaatst bij het eerste weeshuis om regenwater op te vangen. Omdat dit niet aan de nood kon voldoen werden in 2006 nog eens twee grote ondergrondse reservoirs van elk 75.000 liter gebouwd. In 2013 werd naast het nieuwe weeshuis nog een grote waterput aangelegd. We hebben gemerkt dat de grote waterputten nooit helemaal vol geraken. Daarom hebben we het dak van de pasgebouwde herberg aangesloten op de bestaande waterputten. Nu willen we de nieuwe polyvalente zaal nog voorzien van een grote waterput. Op die manier hopen wij dat er tijdens het grote droogseizoen (juni tot oktober) ook voldoende water is.

  • Image not found
  • Image not found
  • Image not found
  • Image not found
  • Image not found
  • Image not found

De mensen wonen op 3 tot 5 km van de rivier. Dichter bij de rivier bouwen en wonen is echter niet aangewezen. Het zou dramatische gevolgen kunnen hebben voor de gezondheid. Aan de rand van de rivier is het vaak een broeihaard van insecten. Muggen en tseetseevliegen zouden het aantal doden gevoelig doen stijgen. De muggen zijn vaak drager van het malariavirus en de tseetseevlieg besmet mensen met slaapziekte. Beide ziekten kennen vaak een dodelijke afloop omdat de nodige medicatie ontbreekt. Daarom bevindt er zich geen enkel dorp, school of hospitaal dichtbij het water. Een grote dagelijkse zorg is dus water halen voor het koken, wassen en de nodige hygiƫne. Tot voor enkele jaren werd het water bijgehaald met emmers, dozen of gekregen flessen.